Algemeen
Van imatinib, sunitinib en regorafenib kunnen dalspiegels worden bepaald.
TKI bloedspiegel bepalingen
- TKI bloedspiegels meten (voor nu: imatinib, sunitinib, regorafenib):
- 2 weken na starten/aanpassen therapie,
- Elke controle tot aan progressie,
- Bij voorkeur dalspiegels afnemen (dwz 18-24 uur na de laatste gift),
- Noodzakelijk voor interpretatie spiegel:
- tijdstippen van sample afname,
- tijdstip van inname tabletten,
- doseringen frequentie tabletten,
- Co-medicatie (let op interacties!).
Behandelmogelijkheden
Neoadjucvant
Imatinib (Glivec), 1 dd 400 mg:
- Bij mogelijk ongevoelige variant directe chirurgie overwegen (bijv PDGFRaD842V mutatie).
- cKIT Exon 9 mutatie met 2dd 400 mg behandelen.
- Spiegelcontrole ter controle juiste instelling (zie apart kopje). Streef dalspiegel is >1100 ug/L.
- Policontrole na 1 maand, dan na 2 maanden en vervolgens elke 3 maanden. CT elke 3 maanden.
- Bespreken in TWG na 6 maanden. Planning ok bij maximale respons (dwz maximaal 6-12 maanden van behandeling, gebruikelijk is 9 maanden).
- FDG-PET-CT: alleen bij beleidsconsequenties (dwz mn bij kans op verliezen klinisch window van resectabiliteit) of geen cKIT exon 11 mutatie.
Niet resectabel
PDGFRa-D842V mutatie
Overweeg verwijzing naar LUMC of NKI-AvL voor avapritinib.
-
1e lijn
Exon 9 mutatie: Imatinib (Glivec) 2 dd 400 mg, continu
Overig: Imatinib (Glivec) 1 dd 400 mg, continu
- Bij progressie imatinib ophogen naar 2dd 400 mg.
- Spiegel controle ter instelling (zie apart kopje). Streef dalspiegel is >1100 ug/L.
- Policontrole na 1 en 3 maanden, daarna elke 3 maanden.
- CT-scan eerste jaar elke 3 maanden, vanaf 2e jaar elke 6 maanden, vanaf 5e jaar jaarlijks.
- Bij progressie van slechts 1 lesie: overweeg resectie van lesie met voortzetten imatinib behandeling.
PET-CT: alleen bij klinische consequenties.
-
2e lijn
Als geen exon 9 mutatie: Eerst imatinib ophogen naar 1dd 800 mg.
Overig (of na ophoging): Sunitinib, 1 dd 37.5 mg, continu (geen stopweken):
- Spiegel controle ter instelling (zie apart kopje). Streef dalspiegel is > 35 ug/L.
- Controle RR bij huisarts na 1 week.
- Policontrole na 2 en 4 weken, daarna elke 4 weken tot 3 maanden na start. Daarna elke 3 maanden. Bij langdurig goed verdragen kan interval uitgebreid worden.
- Bij progressie van slechts 1 lesie: overweeg resectie van lesie met voortzetten sunitinib behandeling.
-
3e lijn
Regorafenib 1 dd 160 mg, d1-21 a 4 weken:
- 1e cyclus starten met 1dd 120 mg en op geleide van toxiciteit dosis verhogen naar maximaal 1dd 160 mg.
- Controle RR na 1 week bij huisarts.
- Policontrole in week 3 van de behandeling, aanvankelijke elke kuur en bij goed verdragen uit te breiden.
- CT elke 3 kuren.
- Streef dalspiegel is niet bekend. Om prospectieve data te verzamelen wel afnemen.
-
4e lijn
Compassionate use programma ripretinib 1dd 150 mg continu, bij (neiging tot) progressie ophogen naar 2dd 150 mg mits acceptabele toxiciteit.